Nieuwe Kerk
From VerhalenWiki
Nieuwe Kerk
In de tweede helft van de veertiende eeuw kreeg Delft er een parochiekerk bij. De aanleiding was een visioen dat diverse mensen, onder wie Jan Col vanaf 1351 gezien hebben. Zij zagen boven de Markt een kerk zweven, met daarvoor de heilige maagd Maria. Dit werd uitgelegd als een teken dat op deze plek een kerk voor haar gebouwd moest worden. In 1381 werd een houten noodkerkje neergezet, rond 1390 waren het koor en het dwarsschip al in steen uitgevoerd en in 1435 was de hele kerk klaar. Al die tijd was er om het houten kerkje heengebouwd, zodat het als het ware binnen was komen te staan. Nu kon het worden afgebroken. Na nog enkele uitbreidingen kreeg de kerk zijn huidige lengte van 113 meter.
De toren van de Nieuwe Kerk was een verhaal apart. In 1396 werd de eerste steen gelegd en precies honderd jaar later kwam de spits gereed. Die eerste spits, met de vorm van een appel, ging bij de stadsbrand van 1536 verloren. Er kwam een korter bouwsel voor in de plaats, dat in 1872 door blikseminslag werd beschadigd. Toen pas kreeg de toren zijn huidige gedaante met een scherpe, veel hogere neo-gotische spits van ruim 109 meter hoog.
De beschermheilige van de Nieuwe Kerk was aanvankelijk Maria. Omstreeks 1404 kreeg zij gezelschap van Sint-Ursula.